‘Beleid kan niet zonder onderzoek, onderzoek niet zonder praktijk en praktijk niet zonder beleid’
Chantal Timmermans is senior onderzoeker, beleidsmedewerker en gedragswetenschapper bij Sterk Huis. Met een promotieonderzoek naar fataal geweld tegen vrouwen in kwetsbare posities is haar expertise in geweld in afhankelijkheid vergroot en haar interesse naar complexe maatschappelijke dilemma’s gewekt. Haar huidige onderzoeksagenda bestaat uit onderzoeken naar de kenmerken van slachtoffers en daders van seksuele uitbuiting en het (laagdrempelig) bereiken van jongens die (potentieel) slachtoffer zijn van seksueel geweld en/of seksuele uitbuiting.
Chantal is daarnaast lid van de werkgroep landelijke onderzoeksagenda van Valente en schrijft hier voor Valente een blog over.
“Tijdens mijn opleidingen klinische psychologie in Leiden en forensische psychologie in het Verenigd Koninkrijk, kreeg ik een enorme interesse in heftige onderwerpen die met criminaliteit en de psyche van de mens te maken hadden. Ik wilde weten wat er achter de gedragingen van criminelen zat: Wat is hun verleden? Wat brengt hen tot het begaan van de meest gruwelijke daden?
Promotieonderzoek naar fataal geweld tegen vrouwen
Deze interesse ontwikkelde ik verder tijdens mijn promotieonderzoek naar het fatale geweld tegen vrouwen die werkzaam waren in de prostitutie. En momenteel als senior onderzoeker bij Sterk Huis drijven taboe onderwerpen zoals geweld in afhankelijkheid, eer gerelateerd geweld en seksuele- en criminele uitbuiting mij. Onderwerpen waar we niet graag over spreken, maar die helaas een groot onderdeel zijn van onze hedendaagse leefwereld.
Mijn ambitie is om aandacht te vragen voor en hulp te bieden aan kwetsbare personen die vaak heftige levenservaringen hebben en daardoor in bepaalde gevaarlijke situaties terecht zijn gekomen. Mijn motto is om niet te oordelen, maar om juist altijd achter het gedrag van een persoon te blijven kijken. Vraag je eens af: Wat heeft iemand meegemaakt? Wat zou de reden kunnen zijn dat iemand zich op een bepaalde manier gedraagt? En verplaats je dan naar: Hoe kunnen wij jou helpen?
Deze drijfveer is voor mij enorm belangrijk; Ik wil dat slachtoffers van seksuele uitbuiting en/of geweld in afhankelijkheid gehoord worden. Ik wil het klankbord zijn die met behulp van wetenschappelijk onderzoek en interviews deze slachtoffers een stem geeft. Ze moeten gezien en gesignaleerd worden en daarom moeten we kennis delen over slachtofferschap, zodat wij als zorgprofessionals ze ook gaan herkennen en erkennen. Daarnaast ben ik gefascineerd door de achtergronden, gedragingen en karakteristieken van daders. Door zowel slachtoffers als daders beter te begrijpen kan de eerste stap gezet worden naar preventie.
Ik zit voor dit werk helemaal op mijn plek bij Sterk Huis. Sterk Huis is een fusieorganisatie tussen vrouwenopvang en jeugdhulpverlening. Door de organisaties te fuseren is er de mogelijkheid ontstaan om de problematiek van individuen binnen gezinssituaties in samenhang centraal te stellen. Sterk Huis staat voor veiligheid en ontwikkeling en heeft de ambitie om onveilige en ongezonde patronen binnen gezinnen te doorbreken. Dit zodat er betere kansen voor kinderen, jongeren, vrouwen, mannen en gezinnen kunnen ontstaan.
In mijn triple-rol als senior onderzoeker, beleidsmedewerker en gedragswetenschapper binnen het cluster geweld in afhankelijkheid van Sterk Huis sta ik met mijn benen in alle drie de werkvelden om deze zoveel mogelijk aan elkaar te koppelen.
Beleid kan niet zonder onderzoek, onderzoek niet zonder praktijk en praktijk niet zonder beleid. Het is essentieel om onderzoek uit te voeren en handreikingen aan te leveren waar de praktijk daadwerkelijk iets aan heeft. En de praktijk zorgt voor een reflectie op theorieën waar wetenschappelijk onderzoek bij gebaat is.
Kenniskloof
Vaak ontstaat er echter een kenniskloof tussen het onderzoeksrapport en hoe het in de praktijk toegepast kan worden. Mijn doel is namelijk om de kennis die opgedaan is met wetenschappelijk onderzoek te verspreiden, zodat deze meegenomen kan worden in de praktijk. Hierbij verwijs ik naar het belang van het begrip valorisatie; dit omschrijft het benutten van kennis in de praktijk en het delen van kennis met een breed (maatschappelijk) publiek.
De weg naar onderzoek is er vaak ook een met veel hobbels: er gaat zelden iets zoals verwacht of gehoopt. Een grote mate van flexibiliteit is daarom een kwaliteit die je als wetenschappelijk onderzoeker ontwikkelt door de vele tegenslagen die op het pad komen tijdens het uitvoeren van onderzoek. Een mooi voorbeeld hiervan is het vinden van participanten, zeker in dit vakgebied, waarin we werken met veel slachtoffers en daders van geweld in afhankelijkheid. Het is een sensitieve groep individuen met een belangrijk maar gevoelig verhaal, daarnaast gaat het ook vaak om een groep onzichtbare slachtoffers die niet of moeilijk bereikbaar zijn.
Erkennen en herkennen van slachtofferschap
Dat sommige slachtoffers moeilijk bereikbaar zijn kan verschillende oorzaken hebben; ten eerste wordt voor bepaalde groepen het slachtofferschap niet erkent of herkent. Ik heb het dan bijvoorbeeld over jongensslachtoffers van seksuele uitbuiting. Maatschappelijke genderrollen zorgen ervoor dat de samenleving jongens vaker als dader zien dan als slachtoffer, deze maatschappelijke druk in combinatie met schaamte en schuldgevoel zorgt ervoor dat jongens zichzelf vaak ook niet als slachtoffer zien.
Uit recent onderzoek naar jongens die potentieel slachtoffer zijn van seksueel geweld en/of seksuele uitbuiting blijkt dat het zorgaanbod en zorgmethodieken die ontwikkeld zijn voor meisjesslachtoffers niet toereikend zijn voor de groep jongensslachtoffers. Zorgmethodieken zijn vaak niet gendersensitief ontwikkeld, wat een goede afspiegeling vormt van de kenniskloof tussen wetenschappelijk onderzoek en de praktijk.
Een andere complexiteit bij onderzoek is het gebrek aan wederkerigheid. Het is voor onderzoekers enorm lastig om toegang te krijgen tot cliënten die mee willen werken aan wetenschappelijk onderzoek, maar er wordt vaak vergeten dat als wij als onderzoeker vragen om vanuit de praktijkvloer cliënten te leveren, wij hier ook iets voor terug moeten geven.
Onderzoek, beleid en praktijk
Dit onderstreept het drieluik ‘onderzoek, beleid en praktijk’. Kijkend met de bril waarbij deze drie termen onlosmakelijk aan elkaar verbonden zijn, wil je als onderzoeker graag de ervaringen en verhalen van cliënten of professionals uit de praktijk op papier kunnen zetten, maar wil je ook dat de praktijk iets heeft aan jouw onderzoek.
Een oplossing hiervoor is bij het opzetten van je onderzoek vanaf begin af aan professionals uit de praktijk betrekken. Denk hierbij aan het opzetten van klankbordgroepen met een multidisciplinair team van professionals die met de onderzoeksdoelgroep werkt en praktijkkennis en ervaringen kan delen met als doel: verbeteren en praktisch toepasbaar maken van een wetenschappelijk onderbouwde methodiek.
Daarbij mag het betrekken van ervaringdeskundigen niet vergeten worden, ook zij zouden vanuit hun professionele kennis en ervaringen een grote rol moeten spelen in ieder wetenschappelijk onderzoek ter ontwikkeling van beleid en praktijk.
Het betrekken van de praktijk vanaf het begin, gedurende het onderzoeksproces en tot en met het einde, zal de kenniskloof tussen een onderzoeksrapport en hoe het in praktijk toegepast moet worden verkleinen en valorisatie vergroten.”
Op de Verbindingsdag Vrouwenopvang van 1 juni verzorgde Chantal samen met Essa Reijmers een workshop over de thema’s van haar blog: de verbinding tussen onderzoek, praktijk en beleid. De bijbehorende presentatie, met links naar recent, relevant onderzoek is hier te downloaden.