Fotoproject Waar ben ik THUIS? | Roelof
Wat betekent thuis als je dakloos bent? Wat als je (nog) geen passende plek hebt? Wat blijft er over als je thuis niet veilig bent, of als je je bij jezelf niet thuis voelt? Wat maakt een thuis? In een fotoproject reflecteren deelnemers door gesprek en (zelf) te fotograferen op deze vragen.
Roelof
‘Ik ben twintig jaar dakloos geweest, waarvan het grootste deel in Duitsland. Toen ben ik teruggestuurd naar Nederland, omdat ik daar wat geflikt heb. Ik woon hier nou twee jaar, via Housing First van Limor.’
Over de problemen die voorafgingen aan zijn dakloosheid wil hij even liever niet vertellen. Hij heeft zijn verhaal al zo vaak gedaan. Recent om positieve redenen zoals een artikel in het Dagblad van het Noorden over het succes van Housing First. Daarvoor heel vaak aan hulpverleners, loketten, noem maar op.
Het bevalt hier goed. De wijk is rustig, de woonplaats niet ver bij waar hij oorspronkelijk vandaan komt. Zijn appartement is niet groot, maar wel van hem. ‘Ik voel me hier wel thuis.’
Hij woont er trouwens niet alleen, maar met twee jackrusseltjes: Dino en Dirk. Die zijn van een maat van hem die nog op straat woont. Het zijn oude beestjes, zestien en vijftien, en om ze wat rust te geven heeft Roelof ze zo lang in huis genomen. Hij is dol op ze. ‘Oude ratten’, zegt hij terwijl hij de hondjes aait die voornamelijk liggen te dutten aan zijn voeten of op de bank. ‘Hé, Dirkie. Vooral jij, hè.’
De radio staat zachtjes aan in Roelofs woonkamer. De dame die geïnterviewd wordt over zorg zegt: ‘Kijk naar wat er nog wél kan. Er wordt vaak gekeken van wat kan er allemaal niet. Meestal draait het om aandacht, een luisterend oor, iemand die met je meeloopt.’
Hij heeft best veel contact met de buren en overburen, en is vaak bij de achterbuurman. Die eet niet graag alleen dus eten ze samen. Op straat is Roelof nog vaak, ‘dat blijft er wel in. Gewoon vanwege de frisse lucht. Vrijheid.’ In het drukke centrum komt hij niet veel. ‘Vroeger ging ik nog wel eens bedelen in de stad maar dat doe ik niet meer. Met deze kou heb ik daar ook geen zin in. En ik moet ook bij de hondjes blijven, hè.’ Hij leeft van een uitkering. Werken in de metaal en scheepsbouw zoals vroeger, dat lukt niet meer. Hij is net vijftig geworden, laat een feestbord boven de tv zien, en na al die jaren op straat is hij fysiek op.
Het idee van Housing First is dat een dak boven je hoofd het éérste is wat je krijgt en dat je vanuit daar aan je problemen kunt werken. Niet andersom. ‘Op straat heb je geen rust aan je hoofd, je hebt ook geen adres om brieven op te krijgen. Ik kon toen ik mijn huis kreeg dingen oplossen, zoals de schulden die ik had en die nu helemaal zijn afbetaald. Ik ben trots dat ik mijn huis op mijn eigen naam heb gekregen en de begeleiding nu zelfs helemaal is afgebouwd.’
Een van de mogelijke foto-opdrachten bij dit project is ‘dit is waar ik me zorgen over maak’. Dat heeft Roelof niet, zegt hij. Hij is echt thuis.
Hieronder zie je een paar van de foto’s: twee gemaakt door Roelof (in kleur) en een portret door de fotograaf van het project.
Expositie Valente Festival
Roelof is een van de deelnemers aan het fotoproject Waar ben ik THUIS? Voor dit fotoproject is Kim van de Wetering aan de slag gegaan met (ex-)cliënten om door middel van fotografie hun plek in de wereld in beeld te brengen, hun kracht, en hun problemen of zorgen. Waar zijn zij thuis? Wat betekent thuis als je dakloos bent? Wat als je (nog) geen passende plek hebt? Wat blijft er over als je thuis niet veilig bent, of als je je bij jezelf niet thuis voelt? Wat maakt een thuis?
Met een aantal vaste vragen fotograferen zij hun leven, er volgt een gesprek en er worden foto’s van hén gemaakt. De foto’s (en hun verhaal) werden gezamenlijk geëxposeerd op het Valente Festival op 13 november. Als kijker krijg je verschillende persoonlijke perspectieven op hetzelfde thema en word je aan het denken gezet over een woord dat je dagelijks gebruiken. Deelnemers aan de serie biedt het empowerment, en iets tastbaars om te kunnen delen en op te reflecteren.