‘Als hij me niet zou vermoorden, zou zijn familie het wel doen’
(Dit artikel werd voor het eerst gepubliceerd op 20-11-2020)
Het verhaal van Femke (36) is heftig, maar helaas niet uniek. Nadat de relatie met de vader van haar eerste twee kinderen uit ging, ontmoette ze in 2012 tijdens het uitgaan een man die ze Ex noemt. ‘Hij zag er stoer uit, dat trok me aan in hem. Ik vond het spannend om met hem om te gaan, maar was niet echt verliefd op hem en wilde eigenlijk geen nieuwe vriend’, vertelt Femke. Toch zou ze twee en een half jaar een relatie met hem hebben – en uiteindelijk terecht komen in de vrouwenopvang bij Blijf Groep.
Mannendingetje
Achteraf gezien werd dat spannende dat zo leuk leek al heel snel gevaarlijk. ‘Vanaf het begin waren er kleine dingetjes die ik op dat moment wegwuifde als mannendingetje. Ik mocht niks zeggen over een bepaalde artiest waar ik fan van was, dan werd hij jaloers. Ik mocht geen cola drinken omdat hij dat niet lustte.’ Die dingen werden steeds groter en hij ging steeds meer bepalen. ‘In januari leerde ik hem kennen, in april kwam hij bij mij thuis en in juni had ik al geen contact meer met vriendinnen. En nog een paar maanden later mocht ik niet meer mijn zusje en vader praten, en één keer per week skypen met mijn moeder op Curaçao vond hij meer dan genoeg.’
Bij heel veel vrouwen begint het zo, ziet Femke. ‘Je zoekt een beetje spanning, daarna wen je aan bepaald gedrag dat eigenlijk heel vreemd is maar dat je goedpraat. Je krijgt steeds minder autonomie, en op den duur vind je het zelfs fijn om verteld te worden wat je moet doen. Als je niks zelf bedenkt, is de kans ook kleiner dat je iets doet waardoor hij boos wordt.’
Bescherm slachtoffers
In kleine stapjes wordt het steeds een beetje erger. ‘Overal waar je naartoe gaat daar is hij dan ook. Hij neemt heel veel tijd van je in beslag zodat je andere dingen vergeet, vrienden steeds minder ziet, en áls er vrienden bij je zijn dan komt hij ook en gedraagt zich agressief of boos. Je hebt geen zin in gedoe en denkt, laat maar, ik nodig niemand meer uit. En dan is hij je hele leven.’
Na een half jaar werd het echt ernstig, Ex begon haar te mishandelen. Soms met ernstig letsel, zoals twee gebroken ribben. Femke ontdekte later dat Ex onderdeel uitmaakte van een Antilliaanse bende, allemaal neven, die geweld tegen vrouwen heel stelselmatig aanpakken. ‘Die bende neven gaan allemaal achter meisjes aan en kijken wie er het eerste een krijgt. Daarna wordt er een groepsverkrachting opgezet.’ Eind 2014 werd ook Femke daar slachtoffer van.
Ze vertelt het allemaal heel luchtig. ‘Ik heb jaren in therapie gezeten, ik kan het nu heel makkelijk vertellen. Ik ben niet meer verdrietig of bang, maar wel heel erg boos.’ Niet alleen op haar ex maar ook op de politie, die niks deed met de aangiftes die ze heeft gedaan, ondanks bewijzen en getuigen die er waren, vertelt Femke. ‘Als een vrouw bij politie komt wegens verkrachting, dan vragen ze: wat heb jij gedaan? Ze maken slachtoffers tot daders en beschermen de echte daders. Al die vrouwen moeten maar weg, ergens anders opnieuw hun leven opbouwen en daarmee is het klaar.’
Daarom vertelt ze haar verhaal ook graag. ‘Om vrouwen te laten weten dat ze niet alleen zijn, want het is een heel eenzaam pad dat je bewandelt. Als het echt zo erg is, dan móét de politie wel wat doen, denken mensen. En zo niet, dan is het blijkbaar je eigen schuld, of niet waar. Ik weet wel dat er ook valse aangiftes worden gedaan, maar dat moet niet het uitgangspunt zijn.
‘Daarnaast is er zoiets als té cultuursensitief. Je kunt wel denken, “een dominante man is normaal in zijn cultuur”, maar slaan is slaan en dat is altijd verkeerd. En draai het eens om: ik kom uit een relatie waarin ik werd geslagen, voor mij was slaan normaal. Als ik daarom mijn kinderen zou slaan, ga je dat dan ook vergoelijken?’
(Tekst loopt door onder de foto)
Dan ga je toch weg?
Zoals de meeste vrouwen had Femke nooit gedacht dat ze in zo’n situatie terecht zou komen. ‘Ze kunnen op een of andere manier zo met je praten dat je alles gelooft wat ze zeggen terwijl je weet dat het onzin is, maar op dat moment… En dat in combinatie met de agressie die hij uitstraalt. Ik heb heel vaak gezegd dat hij weg moest gaan uit mijn huis maar dan lachte hij me uit: “Denk je echt dat ik nog wegga?”’
Dat slachtoffers vaak bij daders blijven, wordt vaak niet begrepen. ‘Onze relatie is een tijdje uit geweest maar toen bleef hij continu bij mijn huis rondhangen, om hoekjes staan als ik mijn kinderen naar school moest brengen, opwachten in de lift, naast de school, ontzettend intimiderend.’ Dus ging ze maar weer terug naar hem, zegt ze gelaten. ‘Het heeft toch geen zin, dacht ik, laat ik hem maar tevreden houden, dan laat hij me misschien na een tijdje met rust als ik te saai word.’
Zo ver kwam het niet. In november 2014 gebeurden er dingen die Femke niet meer kon goedpraten voor zichzelf. ‘Hij had een gerucht gehoord dat ik was vreemdgegaan. Dat weekend sloot hij me op in huis. Hij heeft me helemaal kapot geslagen en me meerdere malen verkracht. Mijn kinderen waren opgesloten in een andere kamer.’ Haar ogen worden hard terwijl ze het vertelt. ‘Ik mocht geen kleren aan. Ik mocht niet eten en drinken. Ik moest mijn moeder zeggen dat ik een hoer was. En ik moest berichten sturen naar de vriendinnetjes van die neven van hem, dat ik met ze naar bed was geweest. Die vriendinnen gingen verhaal halen bij die neven en die kwamen vervolgens achter mij aan. Toen wist ik dat ik weg moest. Als hij me niet zou vermoorden, zou zijn familie het wel doen.’
Kinderen bij hun moeder
Femke vluchtte met haar twee kinderen en kwam met een paar tussenstops eerst kort bij Fier in Leeuwarden terecht en daarna bij Blijf Groep in Amsterdam, ver weg van haar oude leven. Daar kwam nog iets aan het licht. In gesprekken tussen haar kinderen en een begeleider werd duidelijk dat hun vader, naar wie Femke ze bracht om ze bij Ex vandaan te houden, haar kinderen sloeg als ze bij hem waren.
Niettemin besloot de kinderbescherming om ze uit huis te plaatsen bij hun vader in de tijd dat Femke aan haar herstel werkte bij Blijf groep. ‘Blijf heeft geprobeerd dat te voorkomen, er was ruimte om ze bij mij te houden, maar tevergeefs. Dus doordeweeks werden ze geslagen door hun vader, in het weekend kwamen ze op bezoek bij Blijf Groep en werden ze behandeld voor hun trauma.’
Kinderen worden te snel uit huis geplaatst, vindt Femke. ‘Kinderbescherming en jeugdzorg moeten proberen kinderen zo veel mogelijk bij de vluchtende ouder te houden. Tegelijkertijd moeten zij gepaste hulp bieden én een vinger aan de pols houden. Ik heb in de opvang herhaaldelijk vrouwen gezien die zo diep beschadigd waren dat ze niet goed meer voor hun kinderen konden zorgen, de hele dag naar ze schreeuwden, ze aan hun lot overlieten en zelfs sloegen. “Ze heeft het al zo zwaar, als je haar kind dan ook nog afpakt…” is dan de gedachte. Klopt, dan is het nóg zwaarder, maar dan weet die moeder wel wat ze kan en niet kan doen. Anders krijg je een herhaling van de geschiedenis en komen de kinderen in precies dezelfde geweldssituatie als waarvoor de moeder is gevlucht.’
Van generatie op generatie
Pas in juli 2016 was Jeugdzorg overtuigd dat hun vader ze inderdaad sloeg, vertelt Femke, en mochten de kinderen weer bij haar wonen. De mishandelingen hebben diepe sporen achtergelaten. ‘De oudste is het meest geslagen en neemt gauw een slachtofferrol aan. Hij zoekt vriendjes die boven hem gaan staan en is makkelijk te manipuleren. De tweede is een kleintje maar omdat hij heeft geleerd dat geweld normaal is, begint die meteen te slaan als iets hem niet zint. Ze krijgen nog steeds therapie.’
Zelf ging ze een traject in van ruim twee jaar bij Blijf Groep en bij Trubendorffer, die laatste voor relatieverslaving. Dat is niet zozeer het verslaafd zijn aan het hebben van een relatie, maar eerder een obsessie waarbij je vast blijft houden aan je huidige partner, zelfs als je weet dat er geen sprake is van gelijkheid binnen de relatie. ‘Ik kreeg veel ruimte van Blijf om mijn eigen traject samen te stellen. Mijn traject wordt daar nu officieel aangeboden, omdat het zo vaak voorkomt bij slachtoffers van huiselijk geweld.’
Ondanks alle therapie begrijpt ze nog steeds niet waarom ze zo lang bij Ex is gebleven. ‘Voor ik een relatie kreeg met hem, was ik heel zelfstandig en vrijgevochten. Daarna kon ik nog niets eens bedenken wat ik wilde drinken. Ik moest echt weer helemaal voor mezelf leren denken. Mijn zelfverzekerdheid heb ik pas sinds kort weer terug.’
Eind 2016 besloot Blijf in overleg met Femke dat ze er klaar voor was om weer op zichzelf te wonen en al snel kreeg ze een fijn huis in een plaats onder de rook van Amsterdam. Daar woont ze nog steeds. Naast de zorg voor haar kinderen werkt ze als kinderverpleegkundige, is ervaringsdeskundige binnen Blijf Groep en ondersteunt ze ouders die te maken hebben met jeugdzorg bij gesprekken en dossiers. En ze studeert rechten, om straks als advocaat andere slachtoffers van huiselijk geweld bij te kunnen staan.
Terwijl Femke bij Blijf woonde, kreeg ze een nieuwe relatie met een man met wie ze nog twee kinderen kreeg en getrouwd is. Een goed huwelijk. ‘Hij ruimt niet op, dat is een beetje irritant, maar dat is het enige’, schatert ze.
Dit verhaal hoort in een serie over vijf speerpunten, waarbij we ook steeds een blog van een bestuurder met diens visie publiceerden. Dit cliëntverhaal hoort bij het speerpunt: voor iedereen een veilig thuis. Lees ook de bestuurdersblog hier: ‘Doe iets – dat zou de norm moeten zijn’.